Intro: 't Is al god vergeten laat zeg je, maar doe er nog maar één En door het raam van het kalfje staar je naar de straten Verzamel je verhalen om je heen Ik loop een glas of zeven achter en je wacht ook niet tot ik heb ingehaald We moeten vast een raar gezicht zijn Jij met je rauwe kracht en ik met mijn zachte glimlach opgezet En ik hoef niet veel te zeggen of te redden en jij hoeft niet veel gered Dus in al je eerlijk en oprechtheid, leer je me proosten op het leven Leve het hopeloze, troosteloze, lang leve de bozen En de schoonheid van het lelijke bestaan Leve de liefde, de vergeten vrienden, lang leve de blinden en de zienden En de vaders en de zonen, en o god de liefde en het mooi En de liefde janken vol met janken om het mooi Want het is hier nog zo mooi Het is hier zo mooi 't Is al god vergeten laat zeg je, maar doe er nog maar één