Verso 1: Kaka doen, het is zo fijn. Het is echt leuk. Het maakt me blij! Verso 2: Maar schijterij, is niet zo fijn. Het is niet leuk. Het doet veel pijn. Verso 1: Kaka doen, het is zo fijn. Het is echt leuk. Het maakt me blij! Verso 2: Maar schijterij, is niet zo fijn. Het is niet leuk. Het doet veel pijn.